Dat wij door Zwarte Wouden zouden ijlen,
door Verwoeste Gewesten en woestijnen
en over Zeven Zeeën zeilen
om eindelijk aan de einder te verschijnen.
'Herinner mij,' zingt hij. 'Ik ben
die antieke held, ik drijf jou
met zinnelijk geweld je lijf uit
en buiten zinnen.
Tot je 't weer weet: jij
bent het wild dat levend wordt gevild,
benen gespreid, dijen gebenedijd
met het zaad dat niet vergaat.
En dat je mijn gravin bent geweest.
En hoe diep mijn geile gebeden
hebben gegraven in de geheime gang
van je schede.
Hoe wij ons wederzijds
en buiten zinnen.
Tot je 't weer weet: jij
bent het wild dat levend wordt gevild,
benen gespreid, dijen gebenedijd
met het zaad dat niet vergaat.
En dat je mijn gravin bent geweest.
En hoe diep mijn geile gebeden
hebben gegraven in de geheime gang
van je schede.
Hoe wij ons wederzijds
geraamte hebben betast,
ontlast van schuld
en schaamte.
Hoe jij, blanke slavin,
Hoe jij, blanke slavin,
mij smeekte: "Sla mij
in je slavernij, ransel mij
in je razernij
in je razernij
naakt tot op het bot
als een vertoornde god."'
(Wat zingt hij?
'Herinner mij.')
0 reacties:
Een reactie posten