Ik naak haar ongenaakbaar naakt
en zij – historische hysterica,
tandeloze bandeloze tante krijt:
‘Vrij met mij!
Wrijf je lijf in mij!
Er is nog tijd!’
Ik splijt
de spleet van die leproze roos
en de ouwe doos
bijt.
En ik ben mijn kop kwijt.
(Donnerwetter!
Et Scheisse aussi!
Maintenant c’est fini
la comédie!)